Lesmaterialen

SCHOOL op SEEF heeft allemaal losse lesmaterialen verzameld, voor op school en voor thuis. Van liedjes over veilig oversteken tot een checklist om de fiets van jouw kind te keuren. Filter op groep, thema, soort materiaal en/of uitvoering in de klas of thuis. In de linkerzijbalk met de naam "Kies lesmateriaal" kan je lesmateriaal selecteren om te bekijken.

Icoon Groep filter
Groep
Icoon Thema filter
Thema
Icoon Soort filter
Soort
Icoon Uitvoering filter
Uitvoering
Filter:
Groep
Thema
Soort materiaal
Uitvoering
Afbeelding golf bovenkant pagina

Je ziet momenteel alleen openbaar lesmateriaal. Log in bij Mijn SEEF om ook het afgeschermde lesmateriaal op deze pagina te bekijken.

Geselecteerd lesmateriaal

Lesbrief - Lesbrief: We zijn er bijna

Groep 1
Groep 2
Groep 3
Groep 4
Verkeersgedrag
Op school

Begrippen:

Caravan, Verkeersbord, Vrachtwagen, Bal, Flitspaal, Groene auto, Vangrail, Cabriolet, Auto, Konijn

In de klas

  • Lees het verhaal met de leerlingen of speel het automatisch af op het digitaal schoolbord.
  • Bespreek na. Iedereen zit wel eens achter in een auto. Zit jij dan ook in een stoel? En blijf je rustig zitten tijdens de reis?
  • Bekijk de plaat met de leerlingen. Benoem de verschillende verkeersbegrippen aan de hand van de begrippenwolk en stel verdiepings vragen. Wat doen jullie tijdens een lange autorit? Wat zien jullie nog meer op de plaat?
  • Klik in de digitale versie van de verkeers kalenderplaat op spellen, video’s en liedjes en ontdek samen met de leerlingen de verschillende interactieve elementen op de plaat.

Praktijkoefeningen

Zet twee banken klaar op het schoolplein of in de gymzaal; dit zijn de achterbanken. Leg wat losse spullen als spelletjes en boeken om de banken en leg er twee tassen naast. Een lang lint of een kettingdoet dienst als ‘gordel’. (Het omdoen van de ketting betekent dan dat de leerling zijn/haar gordel om heeft gedaan.) Gebruik kussen als autostoelverho­gers. Wie op een kussentje zit, zit dus netjes in zijn/haar autostoel.

Twee groepjes kinderen strijden tegen elkaar. Wie heeft als eerste alle losse rommel in de zak gestopt en zit netjes (in zijn/haar stoeltje), met de gordel om, klaar voor vertrek?

Praatplaat We zijn er bijna

Verhaal: We zijn er bijna

‘Hoe lang nog mam?’ James zucht nog eens diep.
Leuk hoor vakantie, met zon, zee en strand. Maar het autorijden er naar toe? Nee, dat duurt James allemaal veel te lang. Hij kan niet wachten om lekker met zijn bal in zee te plonzen. ‘Volg deze weg nog drie kilometer en neem dan de afslag,’ zegt de stem van de kaart. James gaat een beetje rechterop zitten. Nog drie? Dat betekent dat ze er bijna zijn?

Al de hele weg heeft James zijn frisbee in zijn hand. Als ze straks aankomen, wil hij meteen in zee springen. Eerder vandaag was zijn vader een beetje boos op hem geworden. James had een paar keer met de frisbee omhoog gegooid in de auto. De frisbee was een keer hard tegen het dak gekomen en daar was zijn vader flink van geschrokken. ‘Geen gevaarlijke fratsen in de auto!’ riep hij. ‘Straks krijgen we nog een ongeluk omdat ik zo schrik!’

James had daarna een hele poos niets durven zeggen. Maar nu zijn ze er eindelijk bijna!

‘Lieve schat,’ zegt zijn moeder dan, ‘als we bij het huisje zijn, moeten we eerst inchecken en dan de spullen uit de dakkoffer halen. Jouw tas ligt onder op. En daarna kunnen we pas naar het strand.’ ‘Echt niet,’ zegt James. ‘Ik kan meteen. Ik heb mijn zwembroek al onder deze kleding aangetrokken.‘

vervolg

Zijn vader en moeder moeten er heel hard om lachen. ‘Drink eerst dit maar even op.’ Zijn moeder doet een rietje in een beker. ‘En daarna krijg je een lekker broodje met pindakaas. Mannetje ongeduld!’ ‘Kijk,’ roept zijn vader en hij zet zijn vinger op de kaart. ‘Zie je dat pijltje? Dat is de plek waar we moeten zijn. We zijn er bijna!’

Sarah wijst naar buiten. Ja! Daar! Een konijn! ‘BINGO!’ roept ze hard. ‘Ok, ok,’ bromt haar vader, ‘jij hebt alweer gewon­nen.’ Sarah en haar ouders hebben in de auto spelletjes gedaan, om de tijd te doden. Dat vindt Sarah het gezelligst aan de reis naar hun vakantieplekje. Lekker met haar ouders kletsen. Picknicken onderweg. En natuurlijk spelletjes doen. Ze deden: Ik zie ik zie wat jij niet ziet. En: wie het eerst een gele auto ziet. En dus ook een paar keer autobingo. Telkens als Sarah buiten iets zag wat op haar kaartje stond, mocht ze er een kruisje doorheen zetten. Een traktor, een boom, een vliegtuig, een fabriek, een blauwe auto.‘Zullen we nog een spelletje doen?’ vraagt Sarah. ‘Daar hebben we geen tijd meer voor,’ antwoordt haar vader. ‘Maar we kunnen wel heel hard ‘we zijn er bijna’ gaan zingen, want we zijn er echt bijna! ‘En dat doen ze. Zo fijn, vakantie!

Voor de ouders

Ook voor de ouders is het belangrijk om te weten wat de exacte regels zijn voor het vervoer van kinderen in de auto en die ook toe te passen.

Informatie voor de ouders staat op de site www.schoolopseef.nl in de vorm van algemene achtergrondinformatie over het thema en kant-en-klare teksten en illustraties bij deze kalenderplaat. Deze brieven kunt u overnemen in de schoolkrant of nieuwsbrief van de school of naar aanleiding van het thema aan de leerlingen mee naar huis geven.

Delen

Inhoud wordt niet getoond omdat cookies niet toegestaan zijn.

Meer informatie